1880
Comfortabel én stijlvol
Wanneer we het over The English Hatter hebben, beginnen we bij de wortels van de English Country Style - ook al duurde het tot na de Tweede Wereldoorlog voordat The English Hatter deze stijl volledig omarmde. Dat gebeurde uit noodzaak, omdat de oorspronkelijke core business - hoeden en petten - steeds minder winstgevend werd.
De English Country Style ontstond in de 19e en vroege 20e eeuw, toen welgestelde Britten zich begonnen te verpozen op het platteland. Leden van de hogere klasse trokken eropuit voor sportevenementen, georganiseerd door de eigenaren van Engelse landhuizen. Een beetje jagen, een beetje paardrijden - dat werk. Daar hoorde comfortabele kleding bij, maar die moest zich natuurlijk wél onderscheiden van de plunje van boeren en buitenlui. Comfortabel, maar óók stijlvol.
Die stijl heeft zich de afgelopen 150 jaar ontwikkeld tot de perfecte basisgarderobe voor de gentleman van de 21ste eeuw. Comfortabel, stijlvol en wars van vluchtige trends. Of, zoals we het bij The English Hatter graag noemen: slow fashion.
1935
Reeser begint voor zichzelf
In het Amsterdam van 1935 zijn hoeden en petten niet aan te slepen. Dus besluit Gerard Reeser na 26 jaar trouwe dienst bij Hoedenmagazijn Meuwsen voor zichzelf te beginnen. Met financiering van theehandelaar Abraham Cijfer opent op 8 mei 1935 The English Hatter zijn deuren aan de Heiligeweg 40 in Amsterdam.
In die tijd ging een man zelden zonder hoofddeksel de deur uit. Ondanks de vele hoedenwinkels in het Amsterdamse stadscentrum was er dus nog ruimte voor een winkel die geïmporteerde hoeden en petten uit Engeland verkocht. Daarnaast werden in het eigen atelier achter de winkel ook hoeden op maat gemaakt.
Een hoofddeksel voor iedereen
In 1935 was de keuze voor het hoofddeksel afhankelijk van de maatschappelijke positie. Arbeiders en koopmannen droegen een pet, kantoorvolk en notabelen droegen een hoed, zoals (op de foto hieronder) te zien is bij een transactie op de bloemenmarkt aan de Amsterdamse Singel. Bij The English Hatter, om de hoek bij de bloemenmarkt, was, en is, iedereen aan het juiste adres.
Het is opmerkelijk dat de man met hoed en krant (onder het kopje 1935 - ‘Stijl’) er zeer stijlvol uitziet, maar anno 2025 toch zou opvallen op een Amsterdamse tramhalte, terwijl de jongen met pet en ribcord jack (hieronder) moeiteloos de barista zou kunnen uithangen bij de eerste de beste hippe koffiebar.
Stijl
The English Hatter begon in 1935 als hoedenwinkel. In die tijd waren er talloze hoedenwinkels in Amsterdam - een man ging simpelweg niet zonder hoofddeksel de deur uit. Maar wanneer we foto’s uit het Amsterdam van 1935 bekijken, valt iets anders ook op: het was niet alleen het hoofddeksel waaraan men aandacht besteedde. Het centrum van de stad werd gekleurd door mensen die zichtbaar aandacht besteedden aan hun voorkomen. We moeten schoorvoetend toegeven: 90 jaar geleden zag men er toch een tikkie stijlvoller uit.
1942
What’s in a name
Hoewel The English Hatter in 2025 negentig jaar bestaat, heeft de zaak niet altijd dezelfde naam gedragen. Vanaf 1942 tot het einde van de oorlog vond de Duitse bezetting een winkelnaam die refereerde aan Engeland kennelijk minder geschikt. Reeser’s Heerenmode stond er plotseling op de gevel. “What’s in a name,” zou je zeggen. Maar ook de Joodse vennoot Abraham Cijfer verdween-formeel ‘tijdelijk uit dienst’. Pas in 1946 werd de oorspronkelijke naam in ere hersteld en keerde Cijfer terug bij het bedrijf.
1945
Ambacht
Na de Tweede Wereldoorlog waren Amerikaanse producten razend populair. Een goed voorbeeld daarvan is de Stetson. Maar kon een gerenommeerde importeur van Engelse hoeden en petten ook Amerikaanse hoeden verkopen? Uiteraard. Het draait niet om waar een hoed gemaakt wordt, maar of hij voldoet aan onze kwaliteitseisen. En de Stetson - net als de Italiaanse Borsalino - werd in 1946 ambachtelijk vervaardigd, en in 2025 nog steeds.